ENDOPARASIETEN/h1>

Dat je kat interne parasieten heeft, is nooit goed nieuws. Ze komen vaak voor en zijn niet afhankelijk van leeftijd, ras of geslacht. Bovendien zijn ze erg ongemakkelijk, vervelend en irritant voor je kat.

Interne parasieten bevinden zich in de darm, hart, longen of in andere organen.Over het algemeen vertoont een kat met parasieten symptomen als chronische diarree, futloze vacht, gewichtsverlies, opgezette buik of braken. Parasieten kunnen zelfs voorkomen bij zogende katjes omdat de moeder, als zij besmet is, de parasiet via de moederkoek en de melk op haar kittens kan overdragen.Om dit te vermijden, is ontwormen bij besmetting noodzakelijk. Vervolgens moet je iedere drie maanden een geschikt ontwormingsmiddel toedienen.

1

Protozoën

Giardia spp produceert giardiasis. De symptomen zijn diarree, van acuut tot chronisch, gewichtsverlies en algeheel gevoel van malaise. Er is een preventief vaccin dat vanaf de zesde levensweek aan kittens wordt gegeven en dat jaarlijks wordt herhaald.
Toxoplasma gondii veroorzaakt toxoplasmose, een infectie die voornamelijk ontstaat door de inname van rauw of niet voldoende gekookt vlees, evenals de inname van groenten en water, verontreinigd met besmette kattenuitwerpselen.
Leishmania spp veroorzaakt leishmaniasis, een ziekte die honden, mensen en andere zoogdieren treft.

2

Cestodes of lintwormen

De twee meest voorkomende zijn de Taenia taeniformis en de Dypilidium caninum. De eerste wordt overgedragen op de kat door het eten van rauw vlees van een besmet dier, meestal kleine knaagdieren. Dit type platworm komt daarom vooral voor bij katten die jagen.Als je de Dypilidium caninum ziet, zoek dan naar vlooien thuis of in de omgeving. Het is de lintworm die zowel bij honden als katten voorkomt. De besmetting wordt op andere katten overgedragen door het binnenkrijgen van een besmette vlo tijdens het dagelijkse wassen.

Een kat die al zijn vaccinaties krijgt en regelmatig wordt behandeld met antiparasitaire middelen, is beschermd tegen parasieten.
3

Nematoden

De meest voorkomende zijn van de Toxocara-familie: de Toxocara cati en de Toxocara leonine. Toxocara cati treffen ongeveer 10% van de volwassen honden en katten, en tot 25% van de pups en kittens jonger dan drie maanden.Toxocara leonine voert zijn hele cyclus uit in het spijsverteringskanaal. De moeder kan deze besmetting tijdens het zogen overdragen aan haar kittens.

BELANGRIJK

Een kat die al zijn vaccinaties krijgt en regelmatig wordt behandeld met antiparasitaire middelen, is beschermd tegen parasieten; zeker als hij nauwelijks buitenkomt.De meeste interne parasieten worden verspreid via speeksel en ontlasting. Dit kan gebeuren door contact met verontreinigde grond en daarna de handen niet goed te wassen.Ook mensen kunnen een parasiet op de kat overdragen. Hiervoor gelden dezelfde besmettingsbronnen: water in slechte staat, voedsel dat niet goed gewassen is, contact met een besmet dier en het eten van besmet vlees, etc.

Artikelen die u mogelijk
interesseren